Als je wilde dieren wilt bekijken ga je toch op safari? Helemaal niet nodig! Deze inspirerende en luchtige documentaire, die je blik verruimt, laat zien dat zelfs een stadse omgeving een rijkdom aan wilde natuur bezit.
Deze film van regisseur Mark Verkerk is het slotdeel van een trilogie over de Nederlandse natuur. Met DE NIEUWE WILDERNIS (Gouden Kalf 2013) bracht Verkerk ons héél dicht bij de natuur in en rond de Oostvadersplassen. In HOLLAND – NATUUR IN DE DELTA (2015) zette hij Nederland als waterland op het doek, met zowel aandacht voor waterwerken als de natuur. En met DE WILDE STAD laat Verkerk zien dat ook een stad – hij koos voor Amsterdam – een wilde natuur heeft, al zou je daar niet zo snel bij stilstaan. Als natuurliefhebber zoek je toch de bossen op, de zee en de duinen, de Wadden? Juist deze verrassende invalshoek is al een reden – voor jong en oud – om de film te gaan zien: je gaat de stad en haar omgeving met andere ogen waarnemen, je leert écht kijken en even stil te staan. Niet om je smartphone te raadplegen, maar om dat meerkoetje, die rivierkreeft of een vlucht spreeuwen te volgen. Het Cruijff-citaat waarmee de film opent is dan ook treffend: ‘Je gaat het pas zien als je het doorhebt.’ DE WILDE STAD heeft een andere vorm dan zijn voorgangers, het is meer een filmisch essay. We worden op sleeptouw genomen door Abatutu, een pratende kater met de stem van Martijn Fischer – de gelijkenis met KEDI dringt zich zomaar op. Als een ware stadsgids vertelt Abatutu over zijn diergenoten, zoals de reiger, vleermuis, halsbandparkiet, pad, slechtvalkrat en vos, en over hun interactie met de mens. regie: Mark Verkerk

duur
85 min.